dinsdag 15 maart 2016

Wereldoorlog I - Jerome en Frans Olieux

100 jaar geleden begon de eerste Wereldoorlog.Er vochten ook verschillende Olieu(x)'s mee.Hier wil ik het hebben over de 2 broers Jerome en Frans uit Gullegem.
 
In 1885 huwt de 48-jarige Joannes Franciscus Olieux met de 20 jaar jongere Mathilde Deweert. Na het huwelijk kopen ze een boerderij en grond in de Kwadestraat in  Gullegem, op een locatie waar de Olieu's begin 1800 grond en huizen in bezit hadden.Ze krijgen 7 kinderen.Frans (Franciscus Eugenius) wordt als eerste zoon geboren in 1887 en Jerome (Hieronymus Josephus Raymondus) in 1894 is hun derde zoon. In 1914 vinden we ze beiden terug in het Belgische leger.
 
 
Franciscus Eugenius Olieux (1887-1953) 2e van links
 
De Duitsers zijn in augustus 1914 België binnengevallen.Jerome Olieux behoort tot de lichting van 1914 en wordt ook gemobiliseerd. In oktober 1914 laat hij met een kaartje aan zijn ouders weten dat hij zich in Valognes ,een kleine gemeente ongeveer 20 km ten zuidoosten van Cherbourg in Normandië bevindt.De reis er naartoe werd met de boot gedaan.Waarschijnlijk gingen ze in Cherbourg aan wal en vanaf daar namen ze de trein naar Valognes.
 
Op 9 oktober verlaat het Belgisch leger zijn stelling in Antwerpen en op 10 en 11 oktober worden ze met de trein overgebracht naar Brugge.Koning Albert heeft beslist dat het leger onafhankelijk van de Fransen weerstand zal bieden in de streek van Nieuwpoort, Veurne en Diksmuide, aan de Ijzer.
Ondertussen zijn er nog duizenden rekruten van de lichting 1914, waar ook Jerome Olieux toe behoort, en ook een groot aantal vrijwilligers nog in opleiding.Op 6 oktober wordt belist dat er Belgische opleidingskampen zullen worden opgezet op Frans grondgebied in Normandië.De eerste locaties worden Dieppe, Fécamp, Caen, Bayeux, Querqueville, Saint-Lô, Granville en Cherbourg, waar Jerome zal ondergebracht worden.Het Cherbourg-Vallogneskamp wordt het Centre d' Instruction n°6.
 
 
 
Eind november schrijft hij een brief naar zijn ouders, broers en zusters. Hij bevindt zich nog altijd in Valognes  heeft ondertussen 'zijn kleers' gekregen.Hij ziet er niets anders dan appelbomen en weides.Hij verwacht dat ze daar nog een veertiental dagen zullen blijven, en nog leren schieten.Hij weet dat hij ver van huis is, maar vraagt zijn familie om toch te schrijven.Brieven komen daar ook toe, en hij vraagt zich af waarom hij nog niets ontvangen heeft
 

 
 
 Jerome vermeldt hier nu dat hij ondergebracht is in het 6ème Centre d' Instruction, bij de 2e Karabiniers, 4e compagnie, 3e peleton.
 
Enkele kampen waren ondergebracht in oude kazernes.Andere gewoon in tenten.Jerome spreekt van weides en appelbomen en het kamp van Valognes bestond in het begin waarschijnlijk alleen uit tenten.Later werden soms houten barakken gezet.De opleiding duurde in het begin niet veel langer dan een maand en de soldaten leerden er omgaan met een geweer, vechten met een bajonet en hoe het soldatenleven was.Soms moesten ze weken in burgerkleding rondlopen,voor ze legerkledij kregen. Jerome vermeldt de 'nieuwe kleers' in zijn brief.Hij moest er tot een eind in november op wachten.Het is mogelijk dat hij al in december naar de frontlinie moest.
 
Jerome is niet de enige van het gezin die onder de wapens is.In 1914 heeft zijn 7 jaar oudere broer Franciscus Eugenius zich als vrijwilliger aangemeld.Franciscus is in 1907 al milicien geweest in het 10de Linieregiment, waar hij nu opnieuw wordt in ondergebracht.Hij moet dus niet naar een opleidingskamp en kan onmiddellijk aan de strijd deelnemen.
 
 
 
 
 
Op 4 april 1915 schrijft Franciscus Eugenius een brief naar zijn jongere broer.Hij vertelt hoe hij juist 14 dagen heeft mogen uitrusten in De Panne en dat hij nu weer in de 'slach' zit, maar dat het daar ook is alsof ze aan het uitrusten zijn, want ze horen er nooit schieten (van eind maart tot midden oktober bevindt het 10de Linieregiment zich in de sector Ramskapelle) Verder belooft hij navraag te doen naar een adres waar Jerome hem naar gevraagd heeft en doet de groeten aan een Gabriel.
 
 
 
Jerome blijft ook aan het front en in oktober wordt hij bij Diksmuide geraakt door scherven van een obus.Hij wordt nog overgebracht naar het Belgian Field Hospital in Hoogstade (ondegebracht in het gesticht De Clep) maar overlijdt er op 8 oktober 1915..Op 9 oktober gaat Gilliaan Mathieu, luitenant apotheekbeheerder in hetzelfde BF-Hospital het overlijden van Jerome Olieux aangeven.Hij was pas 21.
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Jerome wordt daarna begraven op de Militaire Begraafplaats in Hoogstade in graf nummer 47
 
 
 
Rechts:Jerome Olieux met naast hem zijn 4 jaar oudere broer Octaaf
 
 
 
 
 
 
Oudere broer Franciscus Eugenius kwam de oorlog heelhuids door.
 
Hij ontving de volgende eretekens: Oorlogskruis - Ijzerkruis - Zegemedaille - Herinneringsmedaille 14-18. Hij had 8 frontstrepen.Dit was het maximum aantal,wat betekende dat Franciscus 4 jaar soldaat was in de frontlinie !
Hij huwde in 1924 op 37 jarige leeftijd met de 13 jaar jongere Maria Magdalena Vandemoortele, ook uit Gullegem.Ze kregen 1 zoon en 2 dochters, die alle drie nog in leven zijn.
 
 
 
Iedereen die wel eens van Ieper naar Veurne gereden is op de N8 zal dit statige gebouw herkennen dat je in Hoogstade (Alveringem) aan je rechterkant tegenkomt.Hier overleed Jerome Olieux.
 
Het gesticht werd gebouwd in opdracht van notaris Joseph Clep die na zijn overlijden 155 ha grond naliet aan de Burgerlijke Godshuizen van Hoogstade, met de verplichting er een tehuis te bouwen voor ouden van dagen en weeskinderen.Er werd begonnen met de werkzaamheden in 1873 en het gebouw was klaar in 1876.In WO I werd het Belgian Field hospitaal van Veurne verplaatst naar het gesticht.Na de oorlog werden 2 gedenkplaten aangebracht. Momenteel (maart 2016) staat het gebouw te koop voor 950.000 euro.
 
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten